Jongensdroom Kees van Kooten komt uit in Kruisherenkapel
Zo’n kapel is groter dan ik ben, dat ik in zo’n ruimte mag spreken voelt een beetje als een kleine jongensdroom, zegt Kees van Kooten in de pauze van zijn voorstelling ‘Kees van Kooten speelt zich af’. De aanwezigen in de tot de laatste stoel gevulde kapel gaan tijdens de voorstelling op 15 september jl. moeiteloos en ademloos met de monoloog van Van Kooten mee.
Door Marianne Peters
Tijdens de lezing die door Stichting Kruisherenkapel en Boekhandel Bert van der Heijden is geïnitieerd leest Kees van Kooten voor uit eigen en andermans werk. Hoewel voorlezen niet het juiste woord is; op onnavolgbare wijze leest hij passages op een manier alsof hij ter plekke het verhaal verzint en vertelt. In ‘Kees van Kooten speelt zich af’ gaat de woordkunstenaar in op actualiteiten waarbij hij en passant ook nog even de onvermijdelijk afgaande mobiele telefoon van een toehoorder meeneemt en naadloos in zijn verhaal overgaat naar gevatte opmerkingen over per ongeluk vallend glaswerk achter in de kapel. Voer voor Van Kooten, die mede hierdoor de handen van de geboeide toeschouwers veelvuldig op elkaar krijgt. In sneltreinvaart neemt de schrijver zijn toehoorders mee op een reis door zijn oeuvre en heeft volop de lachers op zijn hand middels veel herkenbare, scherpe, humoristische en ontroerende voorbeelden. Dwangmatig woordspelerig is volgens eigen zeggen een goede beschrijving van zichzelf.
Kees van Kooten zegt het eervol te vinden in de Kruisherenkapel te mogen voordragen. De mogelijkheden tot het houden van literaire en culturele bijeenkomsten spreekt hem aan. Het is goed dat religieus erfgoed ook voor culturele doeleinden gebruikt wordt. Ik herinner me een tijd dat er van kapellen tapijthallen werden gemaakt. En in Juinen bijvoorbeeld losten burgemeester Van der Vaart en wethouder Hekking het jongerenprobleem op door motorcrosswedstrijden in het plaatselijk godshuis te houden, onder het motto: “dan komen ze toch nog in de kerk”. Dat heeft flink wat gedonder gegeven en was duidelijk een minder goede bestemming voor religieus erfgoed, zegt Van Kooten.
Voor het literaire circuit vindt Kees van Kooten een kapel of een kerk een logische plek om neer te strijken. Omdat deze ruimtes het wezen van de mens raken. Dat is wat literatuur ook beoogt. In de Kruisherenkapel komt een lezing goed tot zijn recht. Ik heb ooit een lezing gehouden in een grote kerk waar nog twee andere schrijvers aan het voordragen waren; dat was teveel van het goede. De grootte van deze kapel zorgt voor een sfeer waarmee je goed uit de voeten kunt. Om verstaanbaar te blijven moet ik in een ruimte als deze echter wel opletten dat ik niet te snel praat. Want tja, dat doe ik nu eenmaal!
In hetzelfde tempo als voor de pauze boeit Van Kooten ook in de tweede helft zijn publiek. Met de uitgesproken wens om Van Kooten snel weer in Uden te zien, ontvangt de schrijver uit handen van Henk van der Werfhorst van BrabantZorg een jaar vrije toegang tot alle voorstellingen in de Kruisherenkapel.